Om te voldoen aan de Europese begrotingsregels, moet Nederland het begrotingstekort (EMU-saldo) onder de grens van 3% van het Bruto Binnenlands Product (BBP) houden. De decentrale overheden dragen hieraan bij met een aandeel van 0,4%. Het Rijk verdeelt dit aandeel niet verder over gemeenten, provincies en waterschappen. De overheid ziet het halen van de 0,4%-norm als een inspanningsverplichting. Als we de norm overschrijden, kan er een sanctie volgen. We verwachten echter geen sanctie. De EMU-normen zijn onderdeel van Europese afspraken (zoals het Stabiliteits- en Groeipact), maar die zijn gericht op lidstaten, niet op gemeenten of provincies.

Nog niet alle projecten van de Investeringsagenda hebben een startdatum

In de tabel hieronder ziet u dat we de norm overschrijden voor de investeringen van de Investeringsagenda. We plannen de nog niet benoemde investeringen voorlopig in 2028. Zo blijven de totale kapitaallasten binnen de planperiode zichtbaar. In 2028 rekenen we alleen rente voor een half jaar. We rekenen vanaf het jaar na ingebruikname de afschrijvingen. U leest meer over deze investeringen verderop in dit hoofdstuk bij de Investeringsagenda (3.2.4) en het Investeringsplan (3.5).

In de tabel hieronder leest u de ontwikkeling van ons aandeel in het EMU-saldo.

+ = ruimte binnen norm; - = overschrijding van norm